Mijn buurman die niet wordt gehinderd door al te veel liefde voor het edele voetbalspel, laat staan voor de duistere krochten van de voetbalwereld, keek mij wat bezorgd aan toen ik hem in het trappenhuis vertelde over mijn plannen voor het weekend.
‘Dus jij gaat met samen met vier andere mannen van middelbare leeftijd vier uur opgepropt in een auto zitten om naar wedstrijden in de spelonken van het Duitse voetbal te kijken? Rod, gaat het wel goed tussen jou en Monique dat je dit soort uitvluchten verzint om niet thuis te hoeven zijn?’
Ik probeerde mijn buurman tevergeefs om de romantiek van naargeestige slechte wedstrijden uit te leggen. Vorig jaar zaten we rillend van de kou naar draken van wedstrijden in België te kijken. De slechtste 0-0 die ik ooit heb gezien bij RWDM in het spuuglelijke Brussel-Noord, een droevige 1-1 bij Cercle Brugge in een matig gevuld stadion waar alle zitplaatsen onder gescheten waren door vogels en een bloedeloze 0-0 in het slaperige plaatsje Kortrijk. Bij die laatste wedstrijd kregen we we wel tien minuten gratis bier, dus die hebben we onder verdoving gekeken. Voetbaltripjes op zijn best.
Mijn buurman schudde meewarig zijn hoofd en wenste me veel plezier.
Onze zelfbenoemde Stichting ‘Daar is ‘m!’ is vernoemd naar de legendarische Belgische commentator Rik de Saedeleer die een jaar of veertig geleden met het uitroepen van die woorden volledig uit z’n dak ging toen George Grün de Belgische WK-deelname veilig stelde met een goal tegen Nederland. Mijn vrienden en ik zijn allemaal oud genoeg om dat voor Nederland fatale moment bewust te hebben meegemaakt.
De complete Stichting bestaat uit zeven mannen, twee Feyenoorders uit Rotterdam en vijf Ajacieden uit Amsterdam. De ‘Daar is ‘m’-delegatie bestond dit jaar uit vijf mannen. Buiten onze eigen clubvoorkeur gaan we dus ook graag op stap naar andere, liefst kleinere clubs. Amateurvoetbal, KKD-divisie en eens per jaar een buitenlandse trip.
Uitvalsbasis van deze reis was Keulen. Op het menu stond vrijdag de subtopper in de Regionalliga West (derde niveau) tussen Fortuna Köln en Wuppertal op het programma, zaterdag in dezelfde divisie het duel tussen laagvliegers KFC Uerdingen tegen FC Bocholt en als hoofdschotel op zondag het duel in de Tweede Bundesliga tussen de gewezen topclub 1.FC Köln en Fortuna Düsseldorf, de nummer 1 tegen de nummer 5. Dat was onze topwedstrijd.
Na een kleine vier uur rijden stopte onze huurauto voor het hotel. Een hotel dat moeiteloos in een een slechte Deutsche Krimi uit de jaren zeventig kon figureren. Zo zag het er van de buitenkant uit. Een beetje schmützig. Maar beoordeel een boek nooit op z’n kaft: onze eenpersoonskamers zagen er allemaal keurig uit met een prima bed en een goede douche. Wat meer heeft een mens nodig?
Curryworsten en bier! Dat hadden we nodig na onze reis. Dat was onze eerste missie, dus nadat we onze spullen op onze kamers hadden gedumpt en ons hadden opgefrist gingen we op pad. Ons hotel lag op loopafstand van het station (Wo is die Bahnhof? Do ist die Bahnhof!) en achter het station lag een restaurant dat Gaffel am Dom heet, aan de voet van de majestueuze Dom van Keulen.
De eerste curryworst (€12, met goede patat) kon onze goedkeuring absoluut wegdragen, maar we waren vastbesloten om er dit weekend een vergelijkend warenonderzoek van te maken.
Eerste voetbalstop, Fortuna Köln is gelegen op een aardige tippel vanaf Bahnhof Köln Sud. Een wat desolate wijk die wat Oost-Europees aandoet. Langs de kant van de weg een klein groezelig bordeel annex peepshow-tent. Onze harten gingen er niet sneller van kloppen. Dat deden ze wel toen we even later een lichtmast van het stadionnetje boven de grauwe flats uit zagen toornen. Wat een schoonheid! Daar krijgen mannen als wij ook wel een klein lichtmastje van in onze broekjes. Het Südstadion is een vriendelijk klein stadion, waar misschien een mannetje of 10.000 in past. Er zaten er naar onze schatting ongeveer 4000. Hooguit. Lelijke sintelbaan om het veld. Het deed wat denken aan Nederlandse stadionnetjes als De Vliert van Den Bosch of het oude Kaalheide van Roda JC.
Het begon frissig te worden en het voetbal was, zoals wij al een beetje hadden ingecalculeerd, ook niet hartverwarmend. 0-0 bij rust. Tijd voor meer bier. En een curryworst (€4,- en sauzen uit fles op de bar, zoals het hoort in een Duits stadion). Een mooie lange bleke worst, goede structuur, fijn mondgevoel, lekkere smaak. Deze won het toch wel van die van eerder op de dag. De voorlopige nummer 1 was bekend.
De wedstrijd kreeg gelukkig toch een winnaar. De thuisploeg. Wij zijn op onze trips altijd voor de club waar we te gast zijn. Uit een afgeslagen corner schoot één van de Fortunezen vanaf een kleine twintig meter fortuinlijk de 1-0 tegen de touwen. ‘’ Daar is ‘m!’ En bij die 1-0 bleef het. Wij van de Stichting worden doorgaans niet erg verwend met doelpunten. Waar ik overigens blij mee was: de stadionspeaker van dienst deed niet zoals veel Duitse stadionspeakers aan irritante een-tweetjes met het publiek. Die gaan altijd zo:
‘Toooooorrrrrrr! Eins zu nul fur (naam club)’
‘Toooorrrr nummer neun (Voornaam speler)’
Publiek scandeert achternaam speler.
Stadionspeaker: ‘Danke schön!”
Publiek: ‘Bitte sehr!’
Zaaddodend irritant. Al kan mijn afkeer van deze folklore te maken hebben met de 4-0 nederlaag van Ajax in München waar ik ooit bij was en dat we dit Duitse stadionritueel drie keer met Roy Makaay moesten doorstaan.
Een klein slootje bier verder togen we weer naar ons hotel. Lekker op ouwe lullentijd naar bed. De eerste wedstrijd en de eerste twee curryworsten zaten in de pocket. De dag daarna op naar Uerdingen.