Rodweek #24 The Winner Takes It All

Het zit die arme Geert Wilders ook niet mee. Hij ziet er ook een beetje uitgeblust uit de laatste tijd. Dan wordt zijn electoraat al stukje bij beetje afgepakt door een Latijn sprekend kakkertje met een Franse naam en dan blijkt zijn voorman in Rotterdam één of andere neonazistische Holocaustontkenner te zijn. Zo’n extremistische drol kun je er als partij die toch al een tikje dubieus is nou net niet bij hebben, dus De Blonde Pruik kon niet anders dan die enge fascist uit de partij te gooien. Eén keer de naam van die griezel op Google intoetsen had hem die ellende bespaard trouwens, want hij is bepaald geen onbekende in die kringen. Slordige research van ome Geert. Een nieuw dieptepunt in een toch al roerige PVV-leden-geschiedenis van oplichters, mishandelaars en brievenbuspissers. Het Latijn sprekende kakkertje met de Franse naam telt er vast een zeteltje bij en over een paar jaar blijkt al het werk van Het Orakel van Venlo voor de kat z’n togus geweest.

Maar genoeg over losers. Ik heb meer met winnaars. De winnaar van de afgelopen week was natuurlijk de Franse zwerver die met zijn neus in de kruidenboter viel. De man, een dakloze vijftiger, leunde op het Parijse vliegveld Charles de Gaulle tegen een deur aan die plots openging en in de ruimte waar hij naar binnentuimelde lag geld opgeslagen. Hij twijfelde geen moment en ging er vandoor met twee tassen vol geld. Drie ton. RRRRang! Ding! Ding! Ding! Een heerlijke jackpot en zo’n man gun ik de poet net iets meer dan graaiende topmannen en overbetaalde politici. Hij stond nog op de bewakingscamera, maar, zoals vaker op vliegvelden, was de vogel al snel gevlogen. Zoals mijn vriend ome Mars op Facebook al zei: ik hoop dat hij op z’n vluchtroute zijn gabbers onder de brug van de Seine niet is vergeten. Even snel een paar duizendjes en wat goeie flessen wijn uitdelen, met de noorderzon vertrekken en leven als een god in Frankrijk. Ik houd van dit soort Robin Hood-verhalen. Ik hoop dan ook dat ze hem nooit te pakken krijgen, maar als de politie hem wel weet te vinden hoop ik dat ie al flink wat toffe dingen van dat geld heeft gedaan. Dingen die ze hem nooit meer kunnen afpakken. Of dat ie in het casino alles op rood heeft gezet en alles weer kwijt is en allang weer onder de brug ligt te slapen terwijl de politie hem zoekt. Of juist niet dus. The winner takes it all en zo is het goddomme maar net. Of om het in het Frans te zeggen: eh… Le winner eh… Nou, ja, enfin, laat maar. M’n Français is nooit zo tres bien geweest. Excusez moi.

Ik vind nooit geld. Ik moet er, zoals de meeste mensen, maar gewoon hard voor werken en hier en daar eens hopen op een mazzeltje. En zo liep ik gistermorgen, op de postronde door de Jordaan bij Max binnen. Max heeft een sigarenwinkel in de Tweede Goudsbloemdwarsstraat, waar mijn vrienden en ik vroeger onze kaartjes voor uitwedstrijden van Ajax kochten. We legden onze seizoenkaarten dan bij Max neer en Max zorgde er altijd keurig voor dat wij kaarten hadden, want hij knalde onze kaarten altijd als eerste door de scan, op de seconde dat de kaartverkoop begon. Er lagen ook kaarten van Feyenoorders en PSV-ers die daar per ongeluk in de buurt woonden, maar die kwamen logischerwijs als laatste aan de beurt. We kennen elkaar dus al een tijdje en tegenwoordig bezoek ik hem in de hoedanigheid van postbode. Als ik post kom bezorgen bij hem nemen we altijd even de stand van zaken rond Ajax door. Onlangs schrok ik even, want de schoenen van Max stonden niet in de vitrine! Niet z’n Nike Air Max, maar een iets bijzonderder paar schoenen: Max is in het bezit van originele door Johan Cruijff gedragen voetbalschoenen! Hoe tof is dat? Pumaatjes. Beetje zand er nog op. En die pronken altijd in zijn vitrine. Maar deze dagen even niet. Hij moest allemaal kerstrommel in zijn vitrine stallen, dus de kicksen van Jopie moesten even wijken. Maar Johan wordt geëerd in de Jordaan. In elk geval meer dan bij Ajax waar ze er godbetert nog steeds niet in geslaagd zijn om het stadion naar de meest legendarische Amsterdamse voetballer ooit te vernoemen. Tamelijk gênant en een scheet in het gezicht van de familie. En helaas: typisch Ajax, altijd al slecht geweest in het eren van zijn helden.

Na ons praatje voetbal besloot ik ineens om een oudejaarslot te kopen, want je weet natuurlijk maar nooit of de ballen een keer goed vallen. ‘’Welk eindcijfer wil je, pik?’’ Max spreekt mij en volgens mij iedere man, zoals het een goeie Jordanees betaamt, altijd aan met ‘pik’. ‘’Doe maar 4. Want dan kan het eindigen op 14.’’ Ik tikte af en keek naar mijn  lotnummer. Het eindigt op 14!

Dus ik heb een lot gekocht in een winkel waar kicksen van Cruijff staan en mijn lotnummer eindigt op 14. Als ik binnenkort geen postbode meer ben en niet meer achter de bar sta te zwoegen, dan weet u genoeg. ‘Maar da’s logisch’, zou de oude meester zeggen.

Leave a Comment.