Zo zie je maar weer, elk huisje z’n eigen kruisje. Toen Dirk Kuyt vorige week bekend maakte dat hij ging scheiden van de vrouw met wie hij al zeventien jaar getrouwd was en al meer dan twintig jaar samen mee was pleurde ik mijn laatste kliekje geloof in de liefde met een sierlijke boog de vullisbak in. Kom op zeg, als zelfs ‘’Dirk de Dorpsdominee’’ bij wie alles altijd zo perfect leek te gaan, al niet eens in de liefde slaagt dan hoef ik me al helemaal geen illusies te maken dat het mij ooit wel lukt, zo dacht ik.
Ik had de vuilniszak nog niet geleegd toen ik een dag later een vriendschapsverzoek op Facebook kreeg van een oud-klasgenoot. Die is gewoon nog steeds samen met zijn higschool-darling met wie hij toen ook al een paar jaar had! In de vijfentwintig jaar dat we elkaar niet hebben gezien zijn er bij mij, voorzichtig gezegd, een paar meer de revue gepasseerd. Hij is al minimaal dertig jaar samen met z’n meisie. Een relatie van een dik volwassen leeftijd. Op één relatie na heeft er bij mij geen eentje de kleuterleeftijd gehaald.
Of het mij ooit zal lukken in de liefde of dat ik als een oud cynisch eenzaam kattenmannetje zal eindigen? De tijd zal het leren. Maar ik heb dat laatste restje liefdesgeloof toch maar weer uit de bak gevist. Ik vond het in elk geval mooi om te lezen dat die twee nog steeds samen zijn. Ze bestaan nog!
En sinds vorige week mogen we natuurlijk weer naar het café en aldus weer mensen ontmoeten. Al heb ik daar nog weinig contact gehad om echt te socializen omdat ik vijf van de zeven dagen volle bak heb gewerkt in de kroeg. Maar eerlijk is eerlijk: de mensen hebben zich over het algemeen echt geweldig en begripvol gedragen. Iedereen was vooral blij dat het café, met wat restricties weer voorzichtig open mag. Er was geen gedoe, mensen hielden zich aan de regels en waar ik het minst zin in had en me het meest zorgen over maakte is eigenlijk niet echt nodig geweest: politieagent spelen. Nou is politieagent spelen met de gebeurtenissen van de laatste tijd sowieso even niet zo populair. Maar ik heb slechte knieën dus niemand had bij mij bang hoeven wezen voor een knie in z’n nek, want daar doe ik alleen mezelf maar pijn mee.
Van het hele demonstratiegebeuren en het wel of niet goed handelen van Femke Halsema op de Dam heb ik niks meegekregen omdat ik toen al aan werk was. Ik las eigenlijk pas ’s nachts wat er op een paar honderd meter van mijn huis allemaal was gebeurd. Of ik er een mening over heb? Dam laten leeg knuppelen door de ME met alle gevolgen van dien of een vreedzaam protest door laten gaan? Natuurlijk vind ik er wat van. Maar we zijn nu inmiddels een dikke week verder en elke journalist, columnist, blogger, Twitteraar of zolderkamerscribent heeft daar inmiddels z’n plasje wel over gedaan, dus dan hoeft die pisstraal van mij er ook niet nog eens bij. Want we weten allemaal: toen plassen pissen werd is het gezeik begonnen. En bovendien is al het gezeik in de stad toch altijd de schuld van Femke Halsema?
Daarbij is er al meer dan genoeg gezeik in de wereld momenteel. Weg met Corona en weg met rassenoorlog. Ik ben kleurenblind als het om mensen gaat. In mijn wereld bestaan maar twee soorten mensen: leuke mensen en kutmensen. Van de eerste groep heb ik er een boel om me heen verzameld. De tweede groep zijn weggooiers. Alleen als ‘kutmensen’ een ras zou zijn zou ik een racist zijn.
Maar kom op, laten we weer genieten van hoe fijn het is om eindelijk weer naar de kroeg en uit eten te kunnen. En vakantie, voetbal, concerten en al die andere dingen die ik allemaal zo gezellig vind komen op een dag ook wel weer terug in mijn leven. En misschien maakt de liefde ooit ook nog wel eens een rentree. Wie weet. Ik geloof er in elk geval weer een beetje in.
Om met de prachtige quote van Theo Maassen af te sluiten: ‘’De liefde. Ach ja, de liefde. Daar zouden ze eens een liedje over moeten schrijven!’’
Nou ja, liedjes schrijven is niet mijn ding. Dan maar een column.