Rodney in de 21e eeuw 6: Ajax

ajax logoIn deze serie probeer ik, als redelijk gedateerd mens, er achter te komen welke dingen ik leuker of beter vond in de jaren negentig of vind in deze tijd. Dat is in veel gevallen heel arbitrair. In het geval van naar Ajax kijken kan het echter maar één kant op: Ajax was in de jaren negentig bij vlagen briljant. Met als zwaartepunt natuurlijk 1995. Ajax swingde zichzelf naar een Champions League zege en was in Nederland ongenaakbaar. En dat ging dan nog gepaard met leuk voetbal ook. In deze tijd is Ajax vier jaar achter elkaar kampioen geworden omdat de rest nog slechter was.

Het lijkt lichtjaren geleden, maar het is maar twintig jaar geleden. Een clubje dat in het kleine knusse stadionnetje De Meer aan de Middenweg in Oost (of de grote wedstrijden in het Olympisch Stadion) speelde pakte de hoogste Europese beker. Bayern München werd in het Olympisch Stadion met 5-2 van de mat gespeeld en het in die tijd nog grote AC Milan werd drie keer in een seizoen verslagen, waaronder dus de belangrijkste in de finale.

We waren verwend. Zwaar verwend. Zelfs de B-ploeg tikte zes dagen voor de finale Feyenoord nog even met 0-5 van het matje. In de Kuip. En we vonden dat ook eigenlijk wel normaal. Ajax had de standaard abnormaal hoog gelegd, wat als gevolg had dat we soms wel eens mopperden als het bij rust nog maar 2-0 stond. Tegenwoordig zie ik wedstrijden die zo slecht zijn dat ze als martelmethode door de politie kunnen worden gebruikt: “Beken nou maar, anders moet je die hele Ajax-Feyenoord van laatst afkijken!” Nou, ik zou alles bekennen wat ik ooit heb misdaan in mijn leven als ik die pot maar niet helemaal af hoeft te zien. Ajax is verder van zichzelf afgedwaald dan ooit en dat was volgens mij nou net niet het beoogde plan van Johan Cruijff.

De reserves van de 1995-ploeg zouden in het huidige Ajax allemaal een basisplaats hebben. En de basisspelers van nu zouden bij het Ajax uit de jaren negentig allemaal op de tribune mogen plaatsnemen. Geen eentje zou er meekunnen. Het was een team dat ook als het geen kampioen werd nog genoeg leuke wedstrijden speelde.

De tijden zijn veranderd. In de Champions League heeft Ajax niets meer te zoeken. Opboksen tegen clubs die op nationale banken dan wel op rijke oliesjeiks of penoze Russen teren is niet meer te doen. Louis van Gaal noemde de Champions League al in de jaren negentig een commercieel gedrocht en hij heeft er meer gelijk in gekregen dan hij ooit had kunnen bedenken.

Moet Ajax dan ook maar worden overgenomen door een rijke Rus of een malle Maleisier? Neen. Driewerf neen. Op het moment dat dat gebeurd dan heb ik mijn laatste stap in de Arena gezet en ga ik lekker bij de amateurs kijken. Ik ben een Ajacied en ik steun Ajax, ik kom niet om een rijke patjepeeer nog rijker te maken, al kunnen we tien Messi’s kopen.

Dus. Het is maar weer eens hopen op een briljante generatie, zoals de jongens die in de periode 1990-1996 furore maakten met Ajax. Dan zou het leuk zijn om ze ook eens een paar jaar bij elkaar te houden. Alleen dan en met heel veel mazzel zou Ajax weer eens een Europees potje kunnen breken, maar ik ben bang dat ik tot de laatste generatie behoor die Ajax de beker met de grote oren heb zien winnen.

Leave a Comment.