Het fijne van het werken als schrijvende ZZP-er is de vrijheid die je hebt. Ik moet niet naar kantoor om te werken, ik mág naar kantoor om te werken. Meestal zit ik gewoon lekker thuis mijn stukken te typen of op een andere plek waar ik dan toevallig ben. Geen geouwehoer meer over wel of niet werken op feestdagen. Werken wanneer je wilt met als enige moetje: je moet leveren. Zorgen dat je zooi af is. Ik gedij daar goed op. Geen gedoe aan m’n hoofd. Laat mij m’n ding doen en ik zorg ervoor dat goed komt, dat is hoe het werkt. Heerlijk! Ik had het jaren eerder moeten doen. Vrijheid is een groot goed.
Je leert echter ook dat de afkorting ZZP staat voor Zelfstandige Zonder (Kerst-)Pakket. Maar goed, die fles wijn of bubbels die ik in de horeca kreeg kan ik prima zelf kopen en voor de kerstpakketten bij andere werkgevers kreeg hoef ik het ook niet te doen. Dat was dan meestal een grote doos, gevuld met stro en daarin zaten dan dingen als ragout, een blik tomatensoep, marshmellows, een fles ondefinieerbare wijn en andere goedbedoelde ellende. Bij de Melkweg was het kerstpakket overigens elk jaar wél geweldig: het beroemde en beruchte Kerstdiner. Die waren legendarisch! Een half etmaal copieus eten, drinken en feesten op kosten van de zaak! Daar hadden we veel meer plezier van dan van een duf kerstpakket.
Dat heb ik dus allemaal niet meer. Ik schrijf momenteel als copywriter voor Uitjesbureau. Ik schrijf over personeelsuitjes in diverse grote steden. Zo heb ik tot dusverre geschreven over Leiden, Groningen, Breda, Zwolle, Eindhoven en Antwerpen. Met de ene stad heb je meer dan met de andere stad, maar elke stad waar ik mee bezig ben beschrijf ik met even veel liefde. En als ik iets niet weet over een stad of iets bijzonders wil weten dan heb ik bijna altijd wel ergens mensen zitten die mij het fijne kunnen vertellen over die stad.
Het is elke maand weer een verrassing op welke stad ik mijn pennenvruchten mag loslaten en zo werd ik vorige week ineens aangenaam verrast met Maastricht! Ik was maar een keer of drie in Maastricht geweest. De laatste keer was ook alweer een jaar of 16 geleden. Ik ken ook geen mensen in Maastricht en de Maastrichtenaren die ik ken wonen allemaal al heel lang in Amsterdam. Die zijn Vermokumst. En daarbij spreek ik die niet heel vaak.
Er zat dus niks anders op, bedacht ik: dan ga ik lekker zelf naar Maastricht! Lekker met m’n meisie. Mijn zelfgekozen kerstpakket voor ons samen. Er op af! Want wat ik nog wel wist van de keren dat in Maastricht was geweest is dat je er schaamteloos van de geneugten des levens kunt genieten en daar waren mijn dame en ik toevallig net even dringend aan toe! Eerst wat veldonderzoek op Facebook: waar eet je lekkerste Patat Zoervleisj? Wat zijn toffe restaurants? Wat moeten we zien?
Met een leuke lijst aan tips kwamen we aan in ‘Mestreech’, zoals de mensen uit de stad het uitspreken en dat is dan ook meteen de bijnaam van de stad. ‘Mestreechteneren’ zijn een trots en cool volkje. Voor hen geen knotsgekke carnavaleske bijnamen die Zuid-Nederlandse steden vaak voeren zoals ‘Oeteldonk’, ‘Kielegat’ en ‘Kruikenzeikers’ en dat soort grappen. Nee, Mestreech is gewoon Mestreech, het hele jaar door.
In die mooie stad aan de Maas schrijven de mensen ‘Genieten’ met een hoofdletter, maar ze spreken het uit met een heerlijk sappige ‘zachte G’. En Genoten hebben we. Chablis aan de Maas, Zoervleisj bij Reitz op de Markt, een heerlijk diner bij Le Tapage in de Sint Pietersstraat en als absoluut culinair hoogtepunt ons diner op de tweede avond bij Pieke Potloed, een parel verstopt in de Sporenstraat. Ik was door meerdere mensen getipt over Pieke Potloed en dat was terecht. Zelden zo ongelooflijk goed gegeten en dan ook nog eens voor een meer dan schappelijke prijs. On-Nederlands goed, maar ‘Mestreechteneren’ beschouwen zich dan ook niet echt als Nederlanders. Ze hebben er ook nooit bij willen horen, zo vertelde onze stadsgids. Maastricht voelde en voelt zich veel meer verwant met België en zijn tegen hun zin bij Nederland getrokken.
We Genoten van de prachtige binnenstad en van alles wat die stad bijzonder maakt. Als schrijver mocht een bezoekje aan de, met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid, mooiste boekhandel ter wereld natuurlijk niet ontbreken: Boekhandel Dominicanen in de Dominicanerkerkstraat. Een boekhandel in een prachtige oude kloosterkerk in hartje Mestreech. Nu ik er toch was wilde ik stiekem toch even weten of er een boek met mijn naam er op in de schappen stond. Dat is geen eigenpijperij, maar het is natuurlijk toch tof als je je eigen naam ziet staan in de allermooiste boekhandel die ik ooit heb gezien. Even zoeken bij de sportboeken en verdomd, er lag nog een Ajaxjaarboek tussen de sportboeken en warempel, daar stond ook de naam van deze mafkees uit Amsterdam op! Dat bezorgde me een nog grotere glimlach dan dat ik al had.
Na het fantastische diner bij Pieke Potloed liepen we vol en zoet weer naar het station. Weer terug naar Mokum. Met een buik vol van het heerlijke eten en hoofd vol met inspiratie voor mijn nieuwe stukken voor de personeelsuitjes in Mestreech tolden we de trein weer in. Mestreech, bedankt! We hebben Genoten met een grote G.
Mijn vriendin en ik hebben de afgelopen periode op z’n zachtst gezegd een roerige tijd gehad en er komt nog veel meer aan komend jaar. Mo heeft borstkanker en zit nu al vol in het behandeltraject. Maar tijdens deze twee heerlijke dagen in Mestreech kon die ziekte zelf even lekker een flink eind opkankeren. We waren twee dagen even helemaal vrij, ook in ons hoofd. We hebben het vrijwel niet over de ziekte gehad, want we hadden het veel te druk met Genieten. Wij waren, al was het maar voor even, bevrijd aan het Vrijthof.