Wie mij een jaar geleden had gezegd dat mijn leven er nu zo uitziet als dat het nu doet had ik op laten sluiten in een tehuis. Ik had het toch allemaal lekker voor elkaar? Mijn leven was een prachtige film waarin een mooi huis met een gekke kat, een vaste vriendin, een baan die steady doorliep en een rijk gevuld sociaal leven, waarin voetbal, kroeg- en concertleven en stedentrips allemaal een Oscarwinnende hoofdrol speelden. Ik had ook net een mooi goed verkopend boek uit. Het leven was één groot feest. Dat is het bij mij eigenlijk altijd geweest.
In een jaar tijd is bijna alles veranderd. Alleen het mooie huis met de gekke kat heb ik nog. De vriendin nam de pleiterik en niet veel later pakte de pandemie de rest van mijn gezellige leven af. Met even een zomerstop.
Nou ben ik niet snel van het mezelf zielig vinden en dus moest ik dingen vinden om deze tijd toch leuk te houden. Ik spreek af en toe best nog met mensen af, ik wandel veel, ik schrijf veel en ik heb veel tijd gehad om over dingen in het algemeen en mezelf in het bijzonder na te denken. Laat dat dan maar de winst van dit bizarre jaar zijn.
Wie mij vorig jaar op 9 november 2019 had gezegd hoe mijn leven er op 9 november 2020 eruit zou zien had ik dus gelijk op laten nemen in een tehuis, ik zei het al. Maar zie: op maandag 9 november 2020 werk ik zelf ineens in een verzorgingstehuis! Maar gelukkig in De Klinker. Bekende grond. Ik werkte jaren aan de overkant in Café Bax om daar de oudjes, die zich nog zelfstandig naar de kroeg konden slepen, stiekem van een ‘’Hassebassie’’ (ouwe Amsterdammers van rond de 103 weten nog dat dat een jenevertje is) te voorzien. De opa van een van mijn exen, die ik nog steeds spreek, woont er in een aanleunwoning en ik ken de buurt en de mores en de taal van de buurt goed, ook omdat ik zelf meer dan mijn halve leven in West heb gewoond.
Vandaag dus mijn eerste dag. Café de Toog is dicht en via #horecahelptdezorg werken ik en een aantal collegae nu voor zorgcentra.
Ik had geen idee wat ik moest verwachten, want ik heb nooit in de zorg gewerkt, maar ik werd door het afdelingshoofd naar de keuken en eetzaal van één van de gangen begeleid. Een gang met zeven bewoners. Ik zal hun namen in het kader van de privacy fingeren. Het zijn er dus zeven dus ik geef ze namen die beginnen met de zeven letters van het tehuis, De Klinker. Ik stel u in volgorde van de letters voor aan:
K: Karel, de ouwe theeleut, die uitermate vrijgevig is met complimenten.
L: Leo, mijn nieuwe Ajax-vriend.
I: Ingeborg, de chique welbespraakte dame met grandeur en speciale eetwensen (lees: eisen)
N: Noortje, de schone slaapster die ik help met haar eten en drinken
K: Klara, de vrolijke domino-spelende dame met Down
E: Eduard, de blinde meneer die veel eet
R: Ramona, de lieve Aziatische dame die houdt van haken
Mijn dienst begon om 9.00 en nadat het hoofd van de afdeling, laten we haar Helga noemen, mij had laten zien waar alles stond, hoe alles werkte én, niet onbelangrijk: de eetwensen van de club van zeven aan mij had doorgegeven, werd de eerste van mijn nieuwe vaste gastenkring binnengereden: Karel. Karel kan niet meer zo goed praten, maar met een beetje geduld redde ik het prima met hem. Hij heeft een mooi vocabulaire, het komt er alleen wat moeizaam uit. Karel is een echte theeleut, daar kwam ik gaandeweg de dag achter. Zijn broodje jonge kaas sneed ik in vieren en dat voerde ik hem. Met zijn favoriete bezigheid, thee drinken, hielp ik hem ook, want dat ging gelijk mis toen hij dat zelf probeerde. Karel is zeer complimenteus. Hij heeft wel dertig keer gezegd dat hij mij een mooie man vindt. ”En je ken beter naar een mooie man kijken, dan naar een lelijke!” Dat soort complimenten hoor ik de laatste tijd ook niet vaak meer, dus ook al is het van een ouwe kerel die niet meer zo goed ziet en niet van een mooie meid: een compliment is altijd meegenomen. Ook na dertig keer.
Even later werd Ingeborg binnengereden. Ingeborg is een dame die het rijke leven heeft geleefd. Zo praat ze ook. Met een deftig accent. Een echte Oud Zuid-dame. Zij eet graag een speciaal voor haar geprepareerd bakje muesli en een kopje koffie en daarna twee broodjes oude kaas. Van de boterhammen moet de korst met een speciaal schaartje worden afgeknipt en zij is de enige voor wie speciaal een vlootje roomboter klaarstaat. De anderen moeten het gewoon met Halvarine stellen. Ze praat graag en ze heeft een rijk verleden, waarvan ik nu pas een tipje heb gehoord. Daar gaat ze zeker meer over vertellen.
Eduard, de volgende die werd binnengereden, is een hoogbejaarde blinde meneer die nog tot hoge leeftijd zelfstandig heeft gewoond tot hij van de ene op de andere dag blind werd. Hij ontbijt met broodjes die in kleine stukjes worden gesneden. En thee in een kopje met een groot oor, want anders kan hij het niet vastpakken. Hij heeft geen hulp nodig. Met zijn hand laat ik hem het bord aanraken en dan pakt hij zelf de kleine stukjes. Hij is geen grote prater, maar hij laat prima weten wanneer hij iets nodig heeft.
Dan komt de vrolijkheid binnen, Klara. Klara heeft het Syndroom van Down, maar ze is allerminst down. Ze lacht wat af. Even een gekke bek naar haar trekken en ze ligt in een deuk en roept dan ‘’Mafketel!’’ naar me. Ze wil altijd twee broodjes hagelslag, maar ze mag er maar eentje. De andere moet met kaas. Dat weet ze prima, maar ze probeert het toch bij die nieuwe. Na het eten wil ze koffie en daar moet ik bij zitten. Helga had me al gewaarschuwd dat ik haar tijdens het koffiedrinken aan moet blijven kijken. Als je één keer de andere kant op kijkt pleurt ze gewoon dat bakkie pleur over je heen. Dus ik blijf haar aankijken en met haar praten. En domino spelen. Volgens haar onnavolgbare regels. De koffie, die echt behoorlijk heet is giet ze in amper twee minuten naar binnen. Ze heeft geen idee van wat heet of koud is en ze heeft een keel als een loden pijp: volledig hittebestendig. Ken je die reclame van vroeger van die Lonnie die met zijn blote handen een gloeiend hete wok oppakte? Geen enkel mens kan dat zonder het uit te schreeuwen van de pijn. Welnu: dat is de keel van Klara. Als de koffie op is mag ik weer bewegen.
Leo is mijn Ajacied. Hij is net als ik: hij praat er graag over, maar zelf voetballen is een ander verhaal. Hij heeft twee kunstbenen, dus van een debuut in Ajax 1 zal het niet meer komen, maar dat lukt mij met mijn twee gezonde benen ook niet meer. Hij praat heel snel en slikt zijn woorden soms in, dat maakt hem moeilijk te verstaan, maar daar ga ik mijn weg nog wel in vinden.
Ramona is de half-Aziatische dame die ook zo haar eigen wensen heeft qua eten en drinken en waaraan ik gelukkig goed voldoe. Als ze hoort dat ik ook een paar druppels Indonesisch bloed heb veert ze op. Ze is nog prima bij de pinken en ze haakt en borduurt nog steeds kunstwerkjes.
Met Noortje heb ik het meest moeite om contact te maken. Ze lacht lief, maar kan zich niet echt uitdrukken. En als ze al iets kan zeggen is dat op fluistertoon. Volgens het afdelingspersoneel kan ze prima zelfstandig eten, maar ik zie het gelijk misgaan als ze haar thee over haar slab en haar mooie broek morst en qua eten is het ook geen succes. Nadat iemand van de afdeling haar heeft verschoond komt ze terug. Met een vorkje help ik haar met haar broodje en door het glas naar haar mond te brengen geef ik haar thee. Ze valt regelmatig in slaap en dan pauzeren we het eten en drinken even.
Het is een mooie en hechte club mensen in de herfst of in sommige gevallen winter van hun leven.
Hopende dat ik op deze afdeling mag blijven, zal ik de komende weken vaker schrijven over de avonturen van mij en mijn nieuwe vrienden, de K.L.I.N.K.E.R.-club. Ik help namens de horeca de zorg. Maar de zorg heeft mij ook geholpen met weer een geheel nieuwe ervaring. En aan een glimlach. En wat ik ook allemaal heb verloren dit jaar: een lach is me heel veel waard. Een vriend van mij maakte vanmorgen al de mooie grap: ‘’Ah, dus je bent nu een medeklinker!’’ Dat was het enige smetje op de dag: dat ik die grap verdomme zelf niet bedacht had!
Mooi Rodney!
Dank je wel Ger!
Dank je wel Ger!
Als ik het zo lees,ligt een nieuwe carriere voor je. Je hebt er echt talent voor. Ik kijk uit naar je volgende belevenissen in de Klinker
Super tof dat je dit doet! In plaats van thuis zitten klagen maak je er tocht wat moois van, daar heb ik respect voor! En natuurlijk zoals altijd weer mooi beschreven.
Mooi Rodney ik kijk uit naar het verslag van je volgende werkdag
Bedankt voor de mooie blog Rod. Fijn dat je het naar je zin hebt in de Klinker! Ze zullen wel heel erg blij zijn met je!
Ik zit je blog met bewondering te lezen.
Mooi dat je er zo positief in staat en dat je het zo oppakt. Kunnen veel mensen (ook ik) nog veel van leren!
Genieten van iedere moment en contact is prachtig! Het is ook fijn indien ouderen voelen hun toegevoerde waarden in de maatschappij. Indien je wilt, help ik me om hun te stimuleren bewegen!
Ha Rodney, wat enorm leuk om te lezen! Wat eer jij onze mooie bewoners met jouw manier van kijken en beschrijven. Groet Radmer
Mooi, werk zelf horeca misschien ook maar eens even switchen.