Rodweek 75 Money Don’t Matter Tonight

We schrijven eind juli, 2011. Het was een raar weekend. Op vrijdag nam Amsterdam afscheid van de oude Kraaijkamp en later dat weekend vond een of andere psychopathische Noor het nodig om een aanslag te plegen en bijna tachtig mensen naar een andere wereld te knallen. De volgende dag las ik dat het Amy Winehouse was gelukt om zichzelf te vernietigen. Op zondag ging ik eten bij een vriend. Tot zo ver niks geks op die zondag tot ik rond 21.00 werd gebeld door de Melkweg. Of ik zin had om ’s nachts te werken bij een verrassingsconcert. Nog redelijk moe van een paar dagen hard en veel werken besloot ik om het niet te doen. Ik wist op dat moment ook nog niet om wat voor concert het ging en ik had me eerlijk gezegd ook meer verheugd op gewoon een gezellig avondje bier zuipen en muziekjes luisteren met mijn gabber.

Via een vriend van ons die ook in de Melkweg werkt hoorden we dat het zeer waarschijnlijk om Prince ging. Prince zou eigenlijk in Oslo staan, maar vanwege al het gedoe daar zocht hij een alternatieve locatie, zo ging het gerucht. We keken op Facebook en wat je dan krijgt is een soort sneeuwbal. Het gerucht ging. Het gerucht bleek waar te zijn. Iemand begon met het te posten. Het werd gedeeld, doorgegeven en in een zucht en een natte scheet stond er een volksstam op de Lijnbaansgracht te dringen voor kaartjes.  Al snel werd ik van verschillende kanten gebeld en ge-sms’t. Omdat een hoop dingen buiten de Melkweg omgingen qua organisatie had ik ook geen idee hoe alles liep. Feit was in elk geval dat de Melkweg die avond een streng bewaakt Fort Knox zou worden en dat medewerkers die niet aan het werk waren ook niet aanwezig mochten zijn. Tenzij we natuurlijk een kaartje zouden kopen om onze eigen toko in te mogen. Kaartjes a raison van 100 euro. Cash af te rekenen. Nee dank u.

Een vriend van mij belde op vanuit zijn woonplaats Haarlem. Of het echt waar was dat Prince zou spelen. Hij informeerde namens zijn vrouw, een devote Prince-fan, die alleen al door het gerucht compleet in alle staten was geraakt. Op de achtergrond hoorde ik zijn vrouw extatisch roepen: ‘IS HET ECHT WAAR?! IS HET ECHT WAAR?!’ En luttele seconden na mijn bevestiging is zijn vrouw letterlijk het huis uit gerend, waarbij ze even een klein moment vergat dat ze drie bloedjes van kinderen heeft.  Ze stoof met piepende banden naar Amsterdam. Om daar vervolgens overigens net mis te grijpen want inmiddels had zich een flinke menigte op de Lijnbaansgracht verzameld die allemaal zonder blikken of blozen dat meijertje aftikten om ‘The Minneapolis Midget’ te zien optreden. Financiële crisis? Niet op dat kleine stukje Lijnbaansgracht in Amsterdam. Een beetje handige zakkenroller had daar goede zaken kunnen doen. Ondertussen bleef ook de sms op mijn telefoon roodgloeiend staan met allemaal mensen die van alles wilden weten, maar die ik ook niet zo veel kon vertellen.

Die eerste avond liet ik dus aan me voorbijgaan, maar het gerucht ging al dat er nog een tweede show zou komen. Om de een of andere reden ging ik daar ook gewoon van uit, dus ik ging rustig slapen.

Eenmaal wakker de volgende dag en internet bekijkend bleek dat het definitief was dat ‘die kleine Oempa Loempa op hoge hakken’, zoals een makker van mij (geen liefhebber) hem omschreef, op de maandag nog een show zou geven. Ik kon dus in de herkansing, want die tweede avond wilde ik dan wel werken.

Om 22.30 kwam ik aan bij de Melkweg en de rij buiten reikte tot ver over het Leidseplein. De vriendin uit Haarlem die daags daarvoor nog alle stoplichten negerend, doch tevergeefs, naar Amsterdam was gecrost had zich dit keer goed voorbereid en stond ruim op tijd in de rij. De mensen waren allemaal blij en iedereen leek het Prince-nummer ‘Money don’t matter tonight’ als motto te hebben. Iedereen betaalde zonder morren die meijer. Contant. Money don’t matter tonight. Dat geld ging later letterlijk mee in een boodschappentas.

Het was iets na 0.30, ik stond even in de rookruimte, toen een ietwat corpulente man in een te krap en verwassen ‘Purple Rain Tour 1984’- t-shirt binnen kwam stormen. ‘Wat doen jullie hier nog?! Het gaat NU beginnen!’ De tien mensen die aan hun verslaving stonden te werken hadden geen haast. Die weten dat het vaak nog een tijdje duurt voordat het manneke zelf het podium beklimt en rustig rookte iedereen z’n sigaretje op en liep vervolgens richting de grote zaal. Mijn collegae waren een stuk jonger en vonden het prima als ik in de zaal ging kijken. Zij hadden niet veel met hem. Prince maakte indruk op me. Er stond een waanzinnig goeie muzikant die werkelijk niets aan het toeval had overgelaten. Een show waarin hij vrijwel al zijn hits afwisselde met lange funksessies en covers, het was dik drieënhalf uur topvermaak. De mensen kregen absoluut waar voor hun 100 euro.

Blij ging ik weer naar huis, deze kon ik toch maar weer mooi afvinken. Hoewel ik me later realiseerde hoe wrang het eigenlijk was dat we deze mooie avond te danken hadden aan een Noorse psychopaat.

Money don’t matter tonight

prince melkweg 201126-7-2011: Het was een raar weekend. Op vrijdag nam Amsterdam afscheid van de oude Kraaijkamp en vond een of andere psychopathische Noor het nodig om een aanslag te plegen en bijna tachtig mensen naar een andere wereld te knallen. De volgende dag las ik dat het Amy Winehouse was gelukt om zichzelf te vernietigen. Op zondag ging ik eten bij een vriend. Tot zo ver niks geks op die zondag tot ik rond 21.00 werd gebeld door de Melkweg. Of ik zin had om ’s nachts te werken bij een verrassingsconcert. Nog redelijk moe van een paar dagen hard en veel werken besloot ik om het niet te doen. Ik wist op dat moment ook nog niet om wat voor concert het ging en ik had me eerlijk gezegd ook meer verheugd op gewoon een gezellig avondje bier zuipen en muziekjes luisteren met mijn gabber. Lees verder