Gisteravond zag ik het concert van A$AP Rocky in de Melkweg. Het was zo’n typisch hiphopconcert van deze tijd: veel geschreeuw, weinig wol. Mierzoete deuntjes en retecommercieel. Dat hij zijn naam met een dollarteken spelt is niet voor niets. Zelfs voor het meest lullige hemdje bij de merchandisestand vraagt hij dertig euro.
Daar kan ik natuurlijk heel azijnpisserig over doen, maar ik denk dat het A$AP Rocky aan zijn derrière zal oxideren dat ik zijn muziek commerciële bagger vind. De man speelt overal ter wereld voor uitverkochte zalen en mensen kopen al die dure troep bij de merchandise. Ook dat lullige hemdje van drie joetjes. ‘Nu jij weer, kutbloggertje!’, dat zal ie denken als ie mijn stukje zou lezen. Lees verder