Rodweek 171 Kleine Mannen, lange Jannen

In de nieuwe Videolandserie ‘’My Massive Cock’’ worden een aantal mannen geportretteerd die een boomstam van een piemel met zich meetorsen. Formaat kinderarmpje. Nou scheppen veel mannen op over het formaat van hun mannelijkheid, maar de mannen in de docu (die dus écht een grote hebben) ervaren het hebben van een grote joekeloeres bepaald niet als een onverdeeld genoegen. Eerder een last dan als iets waar ze erg veel plezier van hebben.

Zo kende ik in mijn wilde uitgaanstijd een gozer die ook nog al fors aan de maat was, zo gingen de verhalen. Die kon een groot paard aan het janken maken als hij z’n broek naar beneden zou trekken. Het moest nog al wat zijn. Deze informatie had ik van een aantal vriendinnen en scharrels die op zijn erelijst prijkten. Niet alle dames waren even blij verrast als ze gulzig zijn broek open ritsten en vervolgens niet tegen een Amsterdams paaltje maar tegen het Monument op de Dam aankeken. De seks scheen nogal eens pijnlijk te zijn voor de ontvangende partij, desalniettemin heeft de man heden ten dage bij een redelijk petit dametje twee prachtige kinderen verwekt.

Mijn eerste aangezicht van iemand met een echt grote lul was van een jongen uit mijn junioren voetbalteam, Miguel. We waren dertien of veertien. Het was nog in de tijd dat de jeugd nog niet zo preuts was als in deze tijd, met hun onderbroekjes onder de douche, dus douchen deden wij gewoon in onze blote reet. Daar was niks bijzonders aan. En natuurlijk keken we naar elkaars lul en natuurlijk maakten we daar geintjes over. Op een dag speelde Miguel dus mee met ons. Miguel speelde eigenlijk een team hoger maar af en toe hadden wij het geluk dat hij met ons kneuzenteam meedeed. We waren dezelfde leeftijd, maar hij was minstens een kop groter dan de meesten van ons. En een stuk breder ook. Bijna een volwassen vent om te zien. En dat fysieke verschil zag je zeker ook onder de douche. De kleine Hollandse garnaaltjes van ons stonden in schril contrast met de tijgergamba van Miguel.

De kleinste grote fallus zag ik ooit op het platteland van Hongarije. Mijn vriend Ramses en ik gingen op kraambezoek bij vrienden van ons die net van Budapest naar Esztergom waren verhuisd, op de grens met Slowakije. Een dorpje in compleet niemandsland waar de tijd al lang geleden is stilgestaan. We kwamen binnen en op dat moment lag de kleine pasgeborene in zijn blote Jodokusje op een soort commode. Hoewel, Jodokusje??? Ramses en ik keken elkaar even aan en we dachten hetzelfde, dat wist ik. Dus toen we na ons bezoek weer door het desolate dorp liepen zeiden we allebei: ‘Kolere, zag je de lul van dat kind?’ We hadden allebei weleens een blote baby gezien, maar dit was echt niet normaal voor een baby. Kleine mannen, lange Jannen! Het kind is nu inmiddels achttien jaar. Als zijn apparaat zich na de bliksemstart in hetzelfde tempo heeft doorontwikkeld dan vrees ik dat hij nu drie benen heeft!

Als we het met auto’s vergelijken hebben de meeste mannen geen lullige Canta, maar ook geen te grote vrachtwagen die nergens doorheen kan. Gewoon, net als schrijver dezes, een gezellige middenklasser met wat kilometers op de teller die z’n werk altijd goed heeft gedaan. En de oude les die ik altijd heb geleerd: beter een kleine die steigert dan een grote die weigert! Anders sta je ook zo voor lul.

Zondag is het moederdag! Dan kun je natuurlijk met een lullig cadeautje aankomen, maar je kunt natuurlijk ook een gesigneerd boek van mij voor haar kopen! Of gewoon een boek vol lekkere stukken voor jezelf, dat kan natuurlijk ook. 15 euro per stuk als je het boek ophaalt in Amsterdam of 19,50 als ik ‘m voor je moet versturen. Laat een reactie achter op FB of stuur een berichtje naar [email protected].

Rodweek 170 Escapades

Iedere voetballer weet dat je op je hoogtepunt moet stoppen. Op welk niveau ook. Anders wordt het zielig. Dat moment was bij mij vandaag op de kop af vijfentwintig jaar en een week geleden. Ik piekte vroeg. Op de niet al te seniore leeftijd van 21 jaar en een maand hing ik mijn kicksen aan de wilgen. Andere werkzaamheden en studie vroegen even aandacht.

Het decor van mijn laatste wedstrijd was op een zonnige 29 april 1998 uit bij RKAVIC 7, diep in Amstelveen. Veld 3 op Sportpark Escapade. Toeschouwers: een hond die aan z’n ballen zat te likken, twee plaatselijke schone Amstelveense dames die de nodige aandacht trokken van ons team en twee oude mannetjes die echt niks beters hadden te doen op deze dag. Of het moest zijn om de lokale deernen te bewonderen. Om onze voetbalkwaliteiten kon het niet zijn.

Het was de dag voor Koninginnedag en na afloop van de wedstrijd zouden we met onze sterrenselectie nog even de de stad ingaan om dit voor ons tamelijk succesvolle seizoen met elkaar af te sluiten. Goed, we speelden dan weliswaar in de kelder van de kelder van de Amsterdamse onderbond, maar op ons betreurenswaardige niveau hadden we het bijzonder verdienstelijk gedaan. We konden tweede worden! We waren zelfs nog even outsider voor het kampioenschap, maar dat zat er op de laatste speeldag niet meer in. Samen met RKAVIC streden we nog om plek twee.

Omdat ik gewoontegetrouw niet was komen trainen die week stond ik wissel. Meestal kwam ik wel weg met mijn gebrek aan training, want we hadden vaak net niet genoeg of precies elf spelers. Dus dan kon ik altijd spelen. Maar op deze dag waren we zowaar compleet en we hadden ook nog een gastspeler uit een ander elftal, dus we hadden de ongekende luxe van twee wissels. Ik was dus een van de wissels, dus ik moest vlaggen. Gelukkig speelden we veel op hun helft dus ik kon heerlijk van een heerlijk lentezonnetje genieten langs de kant. En van de twee plaatselijke schonen langs het veld. Ik stond daar wel prima.

Na een kwartier in de tweede helft, bij een stand van 2-2, mocht ik dan toch de wei in. Het was een spannende wedstrijd. Wij moesten winnen om de tweede plek veilig te stellen. Zij ook. Ik moest rechtsbuiten spelen. Rechtsbuiten-adem. Maar ook het verdedigende werk schuwde ik niet. Bij een tegenaanval haalde ik de bal met een wereldactie van de lijn. Of die gozer schoot gewoon en ik stond precies goed in de weg. Sluit ik ook niet uit. Hoe dan ook: ik had een zekere tegengoal voorkomen.

Het einde van de wedstrijd naderde en de Amstelveners zetten zware druk op ons. De 3-2 voor RKAVIC hing in de lucht. Maar toen kwam het magische moment. Een lange uittrap van onze keeper, doorgekopt door de centrale middenvelder, onze spits passeerde hun laatste man en stond ineens alleen voor de keeper. De keeper redde knap op het schot van onze topscorer maar had niet gerekend op Lulletje Lampekatoen die de terugstuitende bal met een meedogenloze streep in de lege goal joeg. Of ‘m gewoon intikte. Dat zou ook nog kunnen. En zo werd het 2-3 voor ons, de scheidsrechter floot af en ik ging op de schouders het veld af. Dat kan zijn uit dankbaarheid voor mijn doelpunt of als dank omdat ik voor de wedstrijd had gezegd dat dit mijn laatste wedstrijd was. Laten we het voor de gezelligheid houden op de viering van mijn doelpunt. Een perfecte afsluiting van mijn verder niet al te verheffende tijd op de amateurvelden.

Ik was altijd op mijn best in de derde helft in de kantine en bij RKAVIC was het goed toeven met bier en prima gehaktballen. Wij waren al bezig met de warming-up voor Koninginnenacht. Hun keeper liep nog even langs me en stootte me knipogend aan: ‘Jij mag nooit meer invallen.’

Dat beloofde ik de doelman plechtig. En daar heb ik me tot de dag van vandaag aan gehouden. Mijn laatste officiële voetballende escapades waren op Sportpark Escapade.

Rodweek 169 Wie is er nou gek?

Tussen al het gezeik met zogenaamde voetbalsupporters door is er af en toe ook wel eens vrolijk nieuws. De mooiste bloemen groeien langs het ravijn. Afgelopen week werd hardcore Ajax-supporter Gerard op zijn 65e verjaardag door onze burgemeester Femke Halsema gehuldigd met een heldenpenning. Zij is nogal eens het makkelijke mikpunt van frustratie van veel van mijn stadsgenoten, maar dit deed ze bijzonder sympathiek in haar ambtswoning. Al sinds de opening van de Arena in 1996 rent Gerard in de 60e minuut van de wedstrijd met zijn grote Ajax-vlag over de lange Oostzijde van het stadion, teneinde zijn helden tot grootse daden te inspireren.

Om eerlijk te zijn kende ik Gerard jarenlang, net als veel andere Ajacieden, alleen onder zijn bijnaam ‘Gekke Eddie’ en weer andere Ajacieden noemden hem altijd ‘Danny’. Ik ken hem al vanuit het oude stadion de Meer als hij na de wedstrijd mopperend over de Middenweg liep als de uitslag hem niet zinde. Dan had het 6-0 moeten zijn in plaats van 5-0 of zo. Ik weet pas sinds een paar jaar dat hij Gerard heet. Voor de bijnaam ‘Danny’ is een logische verklaring: hij draagt vaak een Ajaxtrui met daarop nummer 3, het rugnummer van zijn favoriet Danny Blind. Voor de bijnaam ‘Gekke Eddie’ is best een verklaring te geven, maar het is gewoon niet netjes om iemand die een beetje anders is zomaar even als ‘gek’ weg te zetten.

Nee, neem dan doodnormale mensen zoals die Feyenoordfan die Davy Klaassen een gat in z’n harses gooit met een aansteker of een batterij, een Groningen ‘supporter’ die zijn eigen speler slaat, een PSV-er die de keeper van Sevilla aanvalt, Utrechters die dit seizoen al meerdere keren een wedstrijd voor hun club hebben verziekt, NAC-fans die vuurwerk op het veld gooien, supporters die spelers met bier bekogelen, nare spreekkoren en ook rond mijn eigen club loopt best wel wat vervelend tuig rond waar Ajax meer last dan lust van heeft. Supportersgroepen die niet meer samen in een stadion samen kunnen zitten wegens tribale oerdriften. Je mag ze geeneens supporters noemen, want ze supporten hun club niet. En dan gaan we de immer positieve echte supporter Gerard als ‘Gekke Eddie’ parkeren? Nee, dat klopt dan dus gewoon niet in mijn wereld.

Al die ellende waar het voetbal door wordt geteisterd gebeurt door zogenaamde ‘normale’ mensen. Als dat ‘normaal’ is heb ik toch liever die zogenaamd ‘gekke’ Gerard, een echte Ajacied die zijn ploeg al jaren op een positieve wijze support en iemand die zijn spelers motiveert! Hij is altijd voor Ajax en nooit tegen de ander. Als ik al die mafkezen zie die er rond zo ongeveer elke club rondlopen denk ik: ‘wie is er nou gek? Gerard niet in elk geval. Die is gewoon gek van Ajax. Ik gun elke club een Gerard. Ik ben in elk geval blij met die van ons en hoop hem nog lang te zien rennen over de Oostkant. Gefeliciteerd met je verjaardag en je welverdiende heldenpenning, Gerard. Je bent een topper!

Yoooo, wil jij een exemplaar van mijn nieuwste columnbundel ‘Lockdownsynsdroom’ kopen? Laat dan een berichtje achter , stuur me een bericht op Facebook of mail mij op [email protected] . Kosten: €15,- bij afspreken in Amsterdam of 19,50 als ik de postduif aan het werk moet zetten. Het mes snijdt overigens aan twee kanten, want van elk verkocht boek gaat er ook een euro naar de voedselbank. Dus ik vreet er niet alleen van! Jij een lekker boek en je steunt er ook nog een goed doel mee.

Rodweek 168 Meldplicht voor mongolen

Afgelopen zondag hield de dood even flink huis in verzorgingstehuis De Klinker in Oud West. Mijn bonus-opa Frits overleed er en op diezelfde avond overleed ook Claudia. Claudia zat op de afdeling waar ik in de coronatijd een half jaar als vrijwilliger werkte. Claudia, die mij steevast ‘mafkees’ noemde was een downie, of populair gezegd: een mongool. Ze is zestig jaar geworden, wat tegenwoordig een redelijk gemiddelde levensverwachting is voor mensen met het downsyndroom.

Toch houd ik nooit zo van de term ‘mongool’ om mensen met het Syndroom van Down te duiden, het wordt meer gebruikt als scheldwoord voor zogenaamde ‘normale’ mensen die in de ogen van andere mensen iets achterlijks doen. Zoals bijvoorbeeld die gozer bij Feyenoord-Ajax gisteren die Davy Klaassen een aansteker op z’n knar gooide. Hoewel dat aan de heftig bloedende wond te zien geen lullig BIC-aanstekertje moet zijn geweest, maar minstens een flinke Zippo. Misschien moeten we onze shirtsponsornaam maar van Ziggo naar Zippo veranderen.

Deze ‘normale’ meneer uit Roelofarendsveen, of all places, vindt het dus kennelijk normaal om spelers van de tegenpartij te bekogelen met risico ze te verwonden. Het is voor zijn eigen veiligheid maar goed geweest dat hij geen speler van zijn eigen partij heeft geraakt, want anders was hij het vak waarschijnlijk niet eens levend uitgekomen. Gelukkig voor hem kon hij goed op ‘de vijand’ die Davy Klaassen kennelijk voor hem is, mikken. Maar hoe haal je het in je krankzinnige kanis om überhaupt zoiets te doen? Nou heb ik een foto van het desbetreffende heerschap gezien: hij lijkt me, vriendelijk gezegd, niet het koudste biertje in de koelkast. Zo’n hoofd waar je naar kijkt en dat je dan gelijk denkt: ‘Kut. Deze klaphark heeft ook stemrecht.’ Al zal die eikel vermoedelijk nog net genoeg hersencellen hebben om het ‘Mark Rutte-tje’ te gebruiken dat elke crimineel tegenwoordig gebruikt: ‘Ik heb er geen actieve herinnering aan’. Iedereen die tegenwoordig iets achterlijks doet kan het zich ineens niet meer herinneren. En dan alcohol en/of drugs als verzachtende omstandigheid gebruiken.

Het gaat er in dezen helemaal niet om dat die gozer voor Feyenoord is. Ook bij mijn club en bij elke andere willekeurige club loopt dit soort eencellig ongedierte rond. Mensen die uit zogenaamde clubliefde hun club meer schaden dan steunen. Hoewel ik er van uitga dat deze lamlul een pittig lang en landelijk stadionverbod krijgt, een aangifte van Ajax en Davy aan zijn stinkende hol krijgt en mag opdraaien voor de financiële douw die zijn club uiteraard krijgt is er echt maar één oplossing en dat is een meldplicht en een gebiedsverbod. Voor de wedstrijd en in de rust. En deze hersenloze amoebe mag zich dan dus wekelijks twee keer in fucking Roelofarendsveen melden. En een ‘supporter’ die wel in de buurt van het stadion woont die meldt zich maar 50 kilometer verderop of zo, zodat ie ook echt geen mogelijkheid heeft om de wedstrijd te bezoeken. Maak je er een leuk dagje uit van! Voor de komende twintig jaar of zo. Niet op komen dagen? Boete. En niet honderd euro of zo, maar eentje die een gemiddeld mens ook echt flink in de portemonnee voelt. Ik zou beginnen met vijfhonderd en bij elk verzuim de boete laten oplopen en bij herhaling gewoon een jaar stadionverbod erbij.

Claudia, mijn lieve downie die is overleden zou ik nooit een mongool noemen omdat ik dat dus een scheldnaam vind die ik meer vind passen bij mensen die mijn favoriete sport en passie verklootjanussen. Die voetbaldagen voor de echte liefhebbers verpesten. Die er voor hebben gezorgd dat ik niet meer normaal een Klassieker kan bezoeken. Die er voor hebben gezorgd dat mijn vriend Ray gisteravond voor het eerst in jaren boos en verdrietig ons voetbalcafé verliet omdat hij helemaal strontziek van was van deze ellende. Die kinderen hebben getraumatiseerd. Het zal je eerste klassieker wezen en dan verpest zo’n griezel het. Die racistische en homofobe spreekkoren scanderen. Die het veld bestormen en spelers aanvallen. Die voor een nare sfeer op de tribunes zorgen. Dat soort ellendelingen, die als een kwaadaardig gezwel in het lichaam van elke club zitten en die dan ook nog claimen dat zij ‘de echte’ supporters zijn: daar moeten we vanaf. Claudia had een flinke verstandelijke beperking, maar die had de wereld zoveel meer te bieden dan dit soort agressieve idioten. Claudia en alle andere downies die ik ooit heb gekend hebben of hadden namelijk ontstellend veel liefde in zich en geen domme blinde tribale haat. Veel zogenaamde ‘normale’ mensen kunnen zo ontstellend veel leren van downies, al ben ik bang dat het voor het echte klotetuig al te laat is.

Ik zeg meldplicht voor dat soort sfeerverlagende mongolen in het stadion. Hoe eerder hoe beter, wat mij betreft.

Pssssst! Boekie kopen van nieuwste columnbundel ‘Lockdownsynsdroom’? Laat een berichtje achter , stuur me een bericht op Facebook of mail mij op [email protected] . Kosten: €15,- bij afspreken in Amsterdam, 19,50 als ik ‘m opstuur.

Rodweek 167 1 april

Als ik soms nieuwsberichten lees dan denk ik weleens: ‘Gut, 1 april valt vroeg dit jaar’. Of juist laat. Zo bracht AT5 op 6 maart 2014 eens het bericht dat onderzoek van de gemeente had uitgewezen dat er meer mensen op het terras zitten als de zon schijnt dan wanneer het regent. En dat er dan ook meer geluid is. Voor wie het niet gelooft: ik neem je niet in de maling op deze 1 april, lees hier maar. Dus dat doen ze bij mijn overburen van de Stopera met onze gemeentebelastingcenten: nutteloze onderzoeken doen.

Al blinkt onze gemeente wel vaker uit in Bananasplit-waardige beslissingen. Onlangs werd de Kinkerstraat weer geopend voor tramverkeer, hiep hiep hoera! Maar de indeling van de haltes is wel anders geworden: de tramhalte bij de Ten Katemarkt is weg! Van alle haltes die je op de Kinkerstraat kunt missen halen ze de belangrijkste weg. Dé halte die de oudjes uit het verpleeghuis en het marktpubliek het hardste nodig hebben. Vroege 1 april grap? Nee hoor, bloedserieus.

Net zo serieus als de huisjesmelker in Zuid die zijn huurders wil uitkopen met 30.000 euro zodat hij zijn hokken leeg kan verkopen. En nee, de huurders trapten niet in deze vroege 1 aprilgrap die geen grap was. Want wat moet je met dertig ruggen als je geen nieuw huis hebt? Zeker in een stad waar betaalbare woningen zo schaars zijn pinguïns in de Sahara. Met dertig ruggen slapen onder bruggen? Ga je gauw, Swiebertje.

En ja, er worden wel huizen gebouwd, maar die zijn zo onbetaalbaar voor de gemiddelde burger dat daar niet zoveel interesse meer in is. En dat de bouwconcerns dat maar gek vinden. Die staan daar als een verbaasd klein kind achter hun oren te krabben hoe het toch in godsnaam mogelijk is, want iedereen wil toch in Amsterdam wonen? Ja, heel gek dat mensen in een tijd van economische crisis geen onbetaalbaar appartementje in Amsterdam meer kunnen of willen kopen. Misschien moeten we Onderzoeksbureau Schanulleke er maar eens een diepgravend onderzoek naar laten doen.

Nee, als ik grappen wil horen dan luister ik wel naar een komiek. Naar Jandino Asporaat bijvoorbeeld, hoewel ik er geen actieve herinnering aan heb dat de beste man me ooit ook maar een glimlachje heeft ontlokt. Al is dat natuurlijk een kwestie van smaak. Enfin, Jandino verkondigde onlangs dat hij niet in 11 september, de maanlanding en coronavaccins gelooft. Jandino is namelijk niet zo van de wetenschap. Jandino gelooft wel heel erg in God. Het bestaan daarvan is ook nooit wetenschappelijk bewezen, dus hij is in elk geval consequent in zijn onzin. Misschien moeten we Jandino ook maar eens vertellen dat de aarde rond is. Niet vandaag, anders denkt hij dat het een 1 april-grapje is.

Ik ben zelf overigens nooit goed geweest in 1 april-grappen. Mijn vrienden van de Osdorp Posse waren dat wel. Die haalden bijna jaarlijks wel een leuke grap uit, dus de echte diehard-fans waren rond eind maart al wat alerter en tuinden er niet meer in. Maar er was er altijd wel eentje natuurlijk. De leukste die ik me kan herinneren was dat ze rond 29 maart een bericht de wereld in hadden geslingerd dat ze de originele master CD van hun album ‘Afslag Osdorp’ kwijt waren. En het serienummer stond op een CD die zou ooit per ongeluk verkocht zijn en die hadden de jongens heel hard nodig. En ja hoor, er kwam inderdaad één fan het kantoor van de O.P. binnengestormd: ‘Ik heb ‘m! Ik heb ‘m!’ Maar dat serienummer stond op elke CD. En toen kwam de fan, die geloof ik helemaal uit Limburg naar Amsterdam was gereden erachter dat hij vol in de 1 april-grap was getrapt. Al hebben de heren dat uiteraard goed gemaakt met hem.

Voor de rokers onder ons: sigaretten zijn vanaf vandaag flink duurder geworden. Rond de 1,30 per pakje. En nee, ik zei het al, ik ben niet goed in 1 april-grappen, deze is echt waar.

Wil je ook een exemplaar van mijn nieuwste bundel ‘Lockdownsyndroom’ bestellen? Laat een reactie achter of stuur een bericht naar [email protected]. Quanta costa: 15 euro als je het boek in Amsterdam ophaalt of 19,50 als ik het naar je opstuur.

Rodweek 166 Pedicabo ego te et irrumabo

Een van de eerste dingen die opvielen toen het duo Theo Hiddema en Thierry Baudet de politieke arena binnenstormde: ze lijken uiterlijk sprekend op Jacobse en Van Es, het illustere politieke duo uit de jaren 80, gespeeld door Kees van Kooten en sinds gisteren wijlen Wim de Bie. De Tegenpartij. En hun Forum voor Democratie is natuurlijk ook een tegenpartij. Alleen het is geen grap. Hoewel… daar heb ik dus vannacht over gedroomd. Is het Forum voor Democratie echt geen grapje? Was Thierry echt geen typetje van Wim de Bie? Dan waren we nu van hem af geweest. Maar nee, helaas.

Ik neem je mee naar mijn droom. We schrijven het jaar 2063. De inmiddels 68-jarige politiek verslaggeefster Merel Ek interviewt de inmiddels 80-jarige Thierry Baudet. Thierry Baudet, die namens het Forum voor Democratie zo’n 36 jaar in de Tweede Kamer heeft gezeten kijkt terug op zijn politieke loopbaan. Het zal zijn laatste publieke interview zijn. Thierry en Merel kennen elkaar al lang, dus afgesproken is om elkaar te tutoyeren.

‘’Thierry, als je nou terug kijkt op al je jaren in de kamer, hoe zou je dat in één woord kunnen omschrijven?’’

Baudet grijnst zijn grootste grijns, langs zijn grijze slapen en zegt: ‘’Lol. Ik heb alleen maar lol getrapt daar. Weet je nog toen ik voor het eerst in die kamer kwam? Ging ik m’n maiden speech in het Latijn doen! Gewoon even lachen. Die ouwe woestijnheks, hoe heette die ook alweer, die kamervoorzitter…’’

‘’Khadija Arib?’’

‘’Ja die! Die werd helemaal gek! Daar was sowieso al niet veel voor nodig, die was al zo geschift als een pak yoghurt. En ik had meteen m’n naam gevestigd. En af en toe even wat boude uitspraken er uit flappen. Ik heet tenslotte niet voor niets Baudet, hahaha! Kraamde ik wat uit over boreale rassentheorieën of ik zei dat ik die ouwe Rus, die later de oorlog verloor…’’

‘’Poetin?’’

‘’Ja, Poetin! Zei ik dat ik dat wel een toffe peer vond. Stond het hele land weer op z’n kop. Of ik slingerde een lekkere complottheorie de media in. Boem! Massa’s aandacht! Massa is kassa!’’

‘’Maar er is toch meer nodig om zo lang in de Tweede Kamer te zitten?’’

‘’Tuurlijk, Merel. Maar jij loopt lang genoeg mee om te weten hoe ik het spelletje heb gespeeld. Hier en daar een steen in de vijver gooien helpt, maar je moet natuurlijk ook die onderbuik van de ontevreden mensen blijven kietelen. Nou, dat kan ik natuurlijk als geen ander, dus mijn baantje was altijd gegarandeerd. Soms hadden we acht zetels, soms vijf, ook wel eens één of twee. Het belangrijkste was dat ik altijd met mijn reet op het pluche kon blijven zitten en jaarlijks dikke poen opstreek. Verdient niet slecht hoor zo’n kamerlidschap, Mereltje! Bracht ik af en toe ook nog een boek uit waarin ik heel veel moeilijke woorden achter elkaar zette en dat als literatuur verkocht. Wat denk je? Die gingen ook als warme broodjes. En als ik er een handtekening inzette vroeg ik er extra geld voor. Even kijken of mensen erin tuinden. En ja hoor! Mensen betaalden dat gewoon! Echt, ik heb me bijna veertig jaar lang gek gelachen in dat Den Haag. Het geld en de humor liggen op straat, Merel.’’

‘’Interesseerde de politiek jou eigenlijk?’’

‘’Haha, natuurlijk niet, lieve Merel! Ik heb bijna veertig jaar lang m’n zakken kunnen vullen door een beetje populistisch uit m’n nek te zwetsen. Van belastinggeld! Kijk, die Wilders, dat had iedereen op een gegeven moment wel gezien. Altijd en eeuwig maar dat gezeik over die Islam. Dat was gewoon een heel ordinaire partij en Wilders was een tactloze schreeuwerd. Mensen schaamden zich een beetje om te zeggen dat ze daarop stemden. Je kon op verjaardagen nog beter zeggen dat je in je vrije tijd graag naar dwergenporno kijkt. Dan stond je minder voor lul. Dus dat was voor mij de perfecte tijd om er in te springen. Als een kakkertje uit Heemstede kon ik mooi het gat op rechts invullen. ‘Fatsoenlijk rechts’ noemde ik het, hahaha!’’

‘’En met succes in het begin.’’

‘’ Merel, ik lachte me een krul in m’n lul! Als ik er nog aan terugdenk…. Boem! Met acht man de Tweede Kamer in. Wist ik veel dat mensen ons serieus zouden nemen. Dat deed ik zelf niet eens. Ik had niet eens acht geschikte mensen, dus ik heb gewoon er gewoon een paar pannekoeken neergezet en gezegd dat ze mij het woord maar moesten laten voeren. Die hebben hun zakken nog makkelijker gevuld dan mij!’’

‘’Later werd je even ingehaald door de BBB en weer later door het linkse blok en werd de FvD kleiner. Hoe kijk je daar op terug?’’

‘’Ach, weet je wat het is Merel: ik vond dat wel prima! Als je met acht of tien mensen in die Tweede Kamer zit moet je ook allemaal met die lui vergaderen. Ik vond de tijden dat we met twee of liever nog met één zetel in de kamer vertegenwoordigd waren fantastisch! Kon ik ook een beetje rustig uitkateren na een zwaar weekend zonder dat er al te veel aan m’n katerkop werd gezeurd.’’

‘’Je zat eigenlijk niet in de Tweede Kamer voor de mensen die op jou hebben gestemd?’’

‘’Welnee Mereltje! Hahaha! Politiek is een spel en je moet weten hoe je het speelt. En al die ontevreden mafklappers die op mij hebben gestemd hebben mij in het zadel geholpen. Slap lullen en zakkenvullen! Fantastisch businessmodel! Ik moest gewoon zorgen dat er genoeg stemmen binnenkwamen zodat ik in elk geval kon blijven zitten. Dus af en toe liet ik weer even een populistisch scheetje die goed te ruiken was en dan was mijn kostje weer gekocht. Kijk om je heen, Merel. Ik heb het grootste grachtenpand van de buurt en verderop heb ik ook ook nog wat pandjes gekocht en die verhuur ik aan sukkels voor veel te veel geld. Heb ik geleerd van mijn vroegere vrindje Prins Bernhard Jr. Die ouwe boef kneep de hele stad uit als een citroen, hahaha! Geen arbeider kon er meer wonen. Nou, ja, kut voor ze! Hahaha! Hadden ze maar rijk geboren moeten worden, ja toch? Nee, mijn kinderen zitten er warmpjes bij als ik omval. Ik moet er niet aan denken dat ze in een of andere sneue buitenwijk moeten wonen waar types die op mij stemden wonen.’’

‘’Maar je wilde toch ooit Minister-President worden?’’

‘’Haha, die Merel! Nee, natuurlijk niet, gekkie! God nee zeg, dan had ik ook nog echt met oplossingen moeten komen en politieke verantwoordelijkheid moeten nemen. Hou op met me! Nee joh, ik heb decennia lang kunnen keten in die Tweede Kamer en daar bakken met geld verdiend. Echt waar, ik heb me gek gelachen.’’

Er zijn natuurlijk ook minder leuke tijden geweest, met bedreigingen.”

”Ach, elke dag het mailboxje even opschonen en niet te veel letten op forumschorem op het internet. Forumschorem had ik al genoeg in mijn eigen partij, hahaha! En nu en dan eens de schoonmaakdienst laten komen als mijn huis beklad was door een groepje zure linkse paupers. Voor de rest geen gedoe.”

‘’Heb je nog iets te zeggen aan het volk?’’

‘’Ach, haha, laat ik mijn laatste interview dan ook maar afsluiten in het het Latijn (steekt lachend middelvinger omhoog): Pedicabo ego te et irrumabo!’’ (‘krijg de tering!’, red.)


Wil je ook een exemplaar van mijn nieuwste bundel ‘Lockdownsyndroom’ bestellen? Laat een reactie achter of stuur een bericht naar [email protected]. Quanta costa: 15 euro als je het boek in Amsterdam ophaalt of 19,50 als ik het naar je opstuur.

Rodweek 165 De Tosti-juwelier

Een vriend van mij vertelde eens over zijn opa die een, zeker voor die tijd, nogal dure groentewinkel bestierde in het chique Amsterdam-Zuid. De winkel stond in de buurt dan ook bekend als ‘De Groentejuwelier’. Dat leverde conversaties als deze op:
‘Wat?! Vijf gulden voor een komkommer?! Weet je wat: steek die maar lekker in je reet!’
‘Dat zal niet lukken meneer, want daar zit al een krop sla van een tientje in.’

Dure winkels zijn van alle tijden.

En zo liep ik gisteren, de dato 13 maart 2023, tijdens mijn middagwandeling door de Utrechtsestraat. Een van de mooie overblijfselen van oud Amsterdam is Café Oosterling op de hoek van de Utrechtsestraat en het Frederiksplein. Het café dateert van anno 1877. Het is een mooie ouwe Amsterdamse kroeg die er al sinds mensenheugenis hetzelfde uitziet. Misschien daar even een klein drankje en een tosti doen? Ik kon me Oosterling niet als een overdreven duur café herinneren. Buiten hing een menukaart.
Tosti kaas 8,50. Tosti Ham Kaas 10,-. En een flinke meerprijs voor extra supplementen. Kolere… Ik dacht even dat er iets gruwelijk mis was met mijn lenzen, maar het stond er dus echt.
Ik weet dat het stom en ‘boomer’ is om naar guldens te rekenen, maar ik bezondig me er soms toch aan. Als ik voor mijn favoriete Ham-kaas-tomaat tosti 11,50 moet neerleggen, omgerekend een geeltje (25 piek): daar vind ik wel wat van.


Ik snap prima dat producten duurder zijn geworden, dat vlees niet voor dumpprijzen moet worden verkocht en dat horeca nou eenmaal duur is, maar een joetje voor een standaard tosti: wauw. Dan durf je wel. Ik liep maar even verder. Iets verderop in een ander café betaal je onder de vier euro voor een tosti. Een tosti hoeft voor mij geen raketwetenschap te zijn: gewoon de ouderwetse voetbalkantinetosti. Wit casinobrood, kaas en als je vlees eet, ham erbij. En eventueel tomaat dus. Geen moeilijk spelt of meergranenbrood, quinoa, rucola of andersoortig modern getrut erbij: als ik een tosti bestel, wil ik gewoon een tosti. Geen moeilijk gelul. En als je mij daar een tientje voor vraagt, dan ben ik eigenlijk toch wel heel erg benieuwd wat ik daar dan voor krijg.

De juwelierstosti bleef dus toch in mijn hoofd zitten en vandaag liep ik tijdens de middagwandeling maar weer eens langs Café Oosterling. Ik bestelde een wijntje en hoefde daarvoor het schappelijke bedrag van vijf euro af te rekenen. En het glas was niet zuinig ingeschonken. De barman had geen last van hoogtevrees. De rest van de drankkaart was, naar huidige Mokumse maatstaven, ook redelijk vriendelijk geprijsd. Maar waarom dan zo’n absurd dure tosti?

De barman was een vriendelijke Amsterdamse gozer. Een getapte jongen, zogezegd. Ik durfde het gesprek wel aan met hem. Ik was ook de enige gast in de kroeg op dat moment, dus hij had tijd voor me.

‘Zeg, een beetje een gekke vraag, maar waar waarom kost een tosti hier een tientje? Dat moet dan echt wel een verdomd lekkere tosti zijn!’

Het antwoord liet zich een beetje raden. Duur zuurdesembrood, dure gruyèrekaas en ham van de beste slagerij van Amsterdam. En lekker vullend. Jadadadada. Natuurlijk. Wat moest hij dan zeggen? Bij de kroegen verderop in de straat betaal je rond de 4 euro voor een tosti, vertelde ik hem, totaal overbodig. ‘Maar dan krijg je natuurlijk wel wat anders!’, kreeg ik als logisch antwoord.
Tja, ik kom nog uit de tijd dat elke kroeg voetbalkantinetosti’s serveerde. Twee sneetjes casinowit, jonge kaas en wat je er maar bij wilde. Voor onder de 4 euro.

Maar de aardige barman was het met me eens dat het ‘best aan de prijs was’. En dat hij zich ook weleens schaamt als hij twee kopjes koffie voor te veel geld moet afrekenen met een gast.

‘Ach, mijn vorige werkgever vraagt 4,50 voor een bakkie nootjes. Het kan altijd gekker.’
Daar verslikte de aardige barman zich zowat in zijn kopje koffie.
‘Echt waar?’
‘Ja man. En dat was al voor corona, Oekraïne en alle andere ellende.’

Even later kwamen er oorlogsbeelden binnen uit Libanon op de telefoon van de barman.
‘Zo tering. Heftig hoor daar.’, zei de barman.
‘Tja, en dan zit ik te zeiken over een dure tosti. Zo kut hebben we het ook niet.’

Er kwam nieuwe clientèle binnen. Een mevrouw bestelde een cappuccino en een bordje osseworst.

‘Dat is dan 89,20, alstublieft’, zei de barman met mooi Amsterdams gevoel voor humor. De vrouw hoorde het niet.

Wij moesten er allebei om lachen. Ik bedoelde mijn vraag dan ook helemaal niet om hem of zijn café af te zeiken. Ik namelijk ben gek op Oosterling. Oosterling is echt nog een café dat eruit ziet zoals onze opa’s en oma’s het ook nog hebben gezien. Er is in anderhalve eeuw zo goed als niks aan het interieur veranderd. Ik koester dat soort cafés. Zoveel romantischer dan al die steriele ballententen van deze tijd. Al noem ik Oosterling voortaan wel ‘De Tosti-juwelier’. Ik had gewoon nog nooit ergens een simpele tosti ham kaas voor een tientje op de kaart gezien en ik was gewoon benieuwd hoe dat zat. Meer niet. Ik ben geen zeurende kroegganger en zeur ook nooit over mijn barrekeningen. Kroegbezoek is nou eenmaal een dure hobby en het loopt sneller op dan je denkt. Voor dat wijntje van vijf piek had ik ook een hele fles bij de super kunnen kopen. En voor vier bier in de kroeg kun je ook een krat kopen en thuis opzuipen. Daar zal je me werkelijk nooit over horen. Daarbij weet ik als kind van de horeca zelf veel te goed hoe het is om mensen prijzen uit te moeten leggen die moeilijk uit te leggen zijn.

En voor wie zich afvraagt waar ik me druk om maak: no worries. Ik maak me nergens druk om. Ik vroeg me gewoon simpelweg af waarom een tosti een tientje moest kosten en ik kreeg een voorspelbaar doch keurig antwoord. In mijn volgende column gaat het waarschijnlijk gewoon weer over iets waar heel Nederland zich écht druk over maakt. Rachel Hazes of zo. Ga ik volgende week maar eens langs bij de krokettenjuwelier.

Wil je ook een exemplaar van nieuwste bundel ‘Lockdownsyndroom’ bestellen? Laat een reactie achter of stuur een bericht naar [email protected]. Quanta costa: 15 euro als je het boek in Amsterdam ophaalt of 19,50 als ik het naar je opstuur.

Rodweek 164 Dag, lieve Eva, Engel Van Amsterdam

6.30 Het is woensdag 8 maart 2023, precies 6.30. In de ochtend. Zelfs voor mij is dit vroeg. Normaal begin ik rond 7.00/7.30 met schrijven. Dan is mijn hoofd nog lekker fris. Maar ik kon vanaf 2.30 de slaap niet meer goed vatten. Vandaag, of misschien morgen, wordt de dag waar ik al jaren als een Himalaya tegen op zie. Poes Eva ligt nu nog achter mij, op de bank te slapen. Het zal de laatste keer zijn vandaag, of misschien morgen. We hebben met pijn in ons hart moeten besluiten om de kleine majesteit te laten inslapen. Haar lichaampje is op. Eva is de laatste paar maanden hard achteruit gegaan, maar nu geeft ze het echt op. Ze neemt al dagen geen voedsel meer tot zich, ook haar lievelingsvoedsel raakt ze niet aan en ze drinkt sporadisch wat water. Ze ademt zwaar. Ze moet dagelijks kotsen, maar er komt alleen een beetje gal uit. Ze maakt rare geluiden, waar we naar van worden. De oude diva is bijna 15, maar die gaat ze niet meer aantikken, zoveel is zeker.

Eva kwam bij mij in huis wonen toen ze een half jaar oud was. Ze kon niet aarden bij de andere katten in het huis waar ze vandaan kwam. Eva en ik zijn dik 14 jaar een team geweest. Echt maatjes. Ze heeft alle hoge pieken en diepe dalen in die 14 jaar van mijn leven meegemaakt en wist altijd exact wanneer ik even wat extra kattenliefde nodig had. Godverdomme, Eva. Je hebt geen idee hoe belangrijk je voor me bent geweest.

Waarom Eva Eva heet, vroegen mensen mij weleens. Twee redenen. 1. Haar officiële naam die ze in haar vorige huis had gekregen was ‘Zoetje’. Heel lief, maar ook een beetje truttig. 2. Omdat ze wel echt een ‘wijffie’ is vond ik dat ze ook echt een vrouwelijke naam moest hebben. Ik bedacht Eva, als ode aan de vrouw. Als eerbetoon aan alle geweldige vrouwen in mijn leven. Elegante naam ook. ‘Vanaf vandaag heet jij Eva’, fluisterde ik naar haar terwijl ze in haar kattenmandje op mijn schoot lag, in tram 12 van haar geboortehuis in de Rivierenbuurt naar mijn huis in West. Ze keek me bijdehand aan en spitste haar oortjes. Ze vond Eva natuurlijk zelf ook toffer klinken dan Zoetje. Het was het begin van 14 prachtige jaren.

7.02, zegt de klok. Ik hoor mijn vrouw wakker worden in de slaapkamer en dat is voor mij altijd het teken om koffie voor haar te maken en dat op bed te serveren. Mijn dame krijgt elke dag koffie op bed. Eva is inmiddels ook wakker. Ze spint en begroet mij met een liefdevol en enthousiast miauwtje. Ze kijkt lief als altijd naar me. ‘Is het niet te vroeg om…’, denk ik even. Nee, ik corrigeer mijn eigen gedachte direct. Eva verdient het niet om langer te lijden. Haar een enkeltje naar de eeuwige vogeltjesjachtvelden geven is het meest humane en waardige wat we voor haar kunnen doen. Eva in leven houden zou een egoïstische keuze zijn. Maar ik heb het er maar verdomd moeilijk mee en weet niet goed wat ik met mezelf aan moet.

Als Mo straks haar tweede kopje koffie van me heeft gehad ga ik maar eens een lange wandeling langs de Amstel maken. Ik wandel elke ochtend. Afhankelijk van het weer en waar ik heen wandel verschilt per dag, maar sowieso wandel ik elke ochtend. Vandaag is het een perfecte dag voor ‘een lange Amstel’ zoals ik mijn favoriete lange route noem. Meestal ben ik tijdens die ochtendwandelingen aan het nadenken over de stukken die ik nog moet schrijven. Een brainstormsessie met mezelf. Vast een beetje voorwerk doen in mijn hoofd. Vandaag heb ik alleen Eva in mijn hoofd en vraag ik me af hoe ik in godskolere godesnaam de dag moet doorkomen. De Amstel geeft me op moeilijke momenten ook rust. Ik moet de thuisdierenarts bellen om Eva in te laten slapen. Ik ga Eva op haar sterfdag niet de stress aandoen om naar de dierenarts te reizen en dan op een metalen plaat deze wereld te verlaten. Gewoon lekker thuis aan het Waterlooplein bij ons, dat verdient ze. Ik moet straks bellen. En dat ga ik ook doen. Maar godskolere… Ik heb werkelijk geen idee hoe ik deze dag moet doorkomen. Vooruit met de geit: trainingsbroek aan. Trui aan. Muts op de kop en aan de wandel dan maar.

11.50 Morgen op 9 maart gaat Eva ons verlaten. De dierenarts komt bij ons thuis, om 9.30. Ik kan me nog geen huis zonder haar voorstellen. Maar morgen om deze tijd is het zover. Ik word al gek bij de gedachte.

Donderdag 9 maart 2023, 4.00. Ik word wakker. Ik weet wat er te gebeuren staat. Eva wordt ook wakker en loopt naar de huiskamer. Monique is er al uit en zit in de woonkamer. Die kon niet meer slapen. Ik probeer het nog even, maar het lukt niet. Na wat hazenslaapjes ga ik er om 6.30 ook maar uit. ‘Nog 180 minuten’, denk ik. ‘Dan gaat Eva dood.’ Ik kan en wil me er nog geen voorstelling van maken.

7.00 We hebben geen ontbijt meer in huis en ik moet even lopen. Klein rondje Nieuwmarkt en de Boomslootjes en dan via de Appie op de Jodenbree weer naar huis. Even m’n hoofd leegmaken, maar dat lukt niet echt. Of beter gezegd: echt niet. Ontbijt geregeld, maar ik krijg het maar met moeite weg.

9.20 We stuiteren door het huis. Ik vooral. Geen idee wat ik met mezelf aanmoet. We huilen. Ik vooral. Mo is de sterkste van ons twee. De dierenarts appt dat ze 10 minuten later is. Dat kon er ook nog wel bij. Het zijn de langste tien minuten ooit. Eva probeert te kotsen en naar haar bak te gaan. Maar als er niks inkomt kan er ook niet zoveel uit. Eva maakt geluiden die ons door merg en been gaan. Ze heeft pijn. Ze lijdt. We zien dat we het beste doen. We houden zoveel van haar, maar houden van is ook loslaten. Eva kan niet meer. Ondanks dat ze ons nog lief begroet ‘s ochtends.

9.40 De dierenarts belt aan. Een lieve dame. Nadat ze haar spuiten heeft geprepareerd is het moment daar. Mo haalt Eva op uit de slaapkamer en legt haar bij mij op schoot. Ik kan mijn tranen niet bedwingen, maar probeer sterk te blijven. Ze wordt in slaap gebracht en valt langzaam in een diepe slaap. Ze ademt nog wel, ik voel haar zijkant op en neer bewegen. En dan krijgt ze de finale spuit. Even nadat de oude Zuider de klok van tien heeft geslagen stopt Eva’s hart met kloppen.

Eva is op mijn schoot mijn leven binnengekomen en op mijn schoot verlaat ze ons leven weer. Ze ligt nu in haar mandje, het mandje waar ze zo graag in lag, naast mij, als ik een stukje aan het typen was. Gisteren nog. Af en toe even een pootje uitstekend om aandacht of hinderlijk over mijn toetsenbord lopend, ook om aandacht. Tering, wat ga ik mijn lieve kleine bijdehandte diva missen.

Vanmiddag wordt Eva opgehaald. Dan gaat ze in haar mandje mee naar Noord. Naar het dierencrematorium. Apart gecremeerd. Ten eerste had Eva altijd de tyfus aan andere katten en ten tweede wil ik haar gewoon niet op de grote stapel gooien.

12.10 Lieve Eva, dank je wel voor alles wat je me gebracht hebt. Je bent in die dikke 14 jaar dat je bij me was zoveel belangrijker voor mij geweest dan je ooit beseft hebt. Ik heb tegen beter weten in altijd stiekem gehoopt dat je onsterfelijk was, maar dat was je dus niet. Hoewel. Je bent pas echt dood als je niet meer herinnerd wordt. En Mo, ik en en vele anderen die jou hebben gekend zullen jou nooit vergeten. Dus wat dat betreft ben je er nog wel even.

Rust zacht, lieve kleine diva van me. Engel Van Amsterdam. Ik hou van jou.

Rodweek 163 Krimflatie

Een tijdje terug vroeg iemand het aan tafel bij een etentje: ‘Wie heeft er wel eens wat gejat bij de zelfscan-kassa?’ Aan tafel zaten allemaal mensen met een prima inkomen. Zonder de moraalridder of de gütmensch uit te hangen kon ik de vraag met ‘nee’ beantwoorden. Hoewel: technisch nee. Ik heb alleen een keer een plastic tasje meegenomen en bedacht me toen ik al bijna thuis was pas dat ik dat tasje ook had moeten scannen. Geen bewust jatwerk. Alles wat in die tas zat was keurig betaald. Tot zover mijn stoute gedrag bij de zelfscan.

Ik zou het ook een verschutting vinden als ik zou worden betrapt door iemand die net de CITO-toets heeft gedaan. Ik ben een vent van 45 met een redelijk inkomen en ik doe mijn boodschappen in de buurt waar ik woon, dus ik heb geen zin om voor Malle Eppie te staan tegenover mijn buren. Daarbij ben ik gelukkig ook in de financiële positie dat ik niet hoef te stelen.

Kan ik het me voorstellen dat mensen het doen? Ja. Ik praat het niet goed, maar ik kan me er alles bij voorstellen. Ik heb er verder geen moreel waarde-oordeel over. Ik weet namelijk verdomd goed hoe het is om geen geld te hebben. En boodschappen worden elke week duurder. Het enige dat in de supermarkt nog hetzelfde kost als vorig jaar is het winkelwagentje. Maar producten waar ik nu soms anderhalf keer zoveel voor betaal als verleden jaar, dat voel in je in je poeplap. En zeker als je dan ziet dat er elke week weer een dubbeltje bovenop komt. En dan hebben we nog de oude truc van krimpflatie: de prijs niet verhogen, maar steeds net wat minder inhoud van hetzelfde product in de verpakking doen. Stiekeme prijsverhogingen. Tegenwoordig worden de uit de pan rijzende prijsverhogingen ook wel ‘Krimflatie’ genoemd omdat supermarkten en producenten de verhogingen wijten aan die compleet overbodige oorlog in Oekraïne. Al begrijp ik niet waarom een fles sinas (water, koolzuur, limonade) ineens veel duurder moet zijn, waarom ik voor een pak spaghetti ineens dubbel zoveel geld kwijt ben en wat hebben eieren die in Nederland zijn gelegd met de oorlog daar te maken? Trucs die bedacht zijn door mensen die waarschijnlijk geen idee hebben hoe het is om nog maar een tientje voor een paar dagen te hebben. Als het weer zou moeten weet ik heel creatief met een tientje om te gaan. Mijn liefde voor soep komt uit die tijd. Groente voor weinig kopen op de markt en dan soep maken. Met rijst om het op te vullen. Had ik weer drie dagen eten. Ik weet moeiteloos 25 soepen uit m’n hoofd te maken.

Mijn vriendin en ik hebben het niet slecht, maar je zal maar van een letterlijk hongerloontje of een uitkering moeten rondkomen en dan ook nog eens kinderen moeten voeden. Dan snap ik heel goed dat mensen in de verleiding komen om even wat producten in de tas te laten glijden. Voor andere mensen, die prima geld hebben, is het ook gewoon een spelletje, zo weet ik van de mensen die ook aan die tafel zaten.
Alleen heb je met een spelletje twee opties: je wint of je verliest. Voor mijn tafelgenoten is dat geen probleem: die tikken moeiteloos die 181 euro af die je krijgt voor winkeldiefstal en die doen het dan gewoon niet meer. Of wel, gewoon omdat het kan. Iemand die toch al geen geld heeft en 181 piek moet betalen heeft een keihard probleem.

Zelfscan is de kat op het spek binden. Mensen gaan van nature voor lijfsbehoud en krijgen nu heel makkelijk gelegenheid. En geef ze eens ongelijk dat ze de gok wagen. De kans dat je er mee wegkomt is stukken groter dan dat je gepakt wordt. Alleen: dan moet je ook niet klagen als je dan ook gepakt wordt. Dan heb je gegokt en verloren.

Buiten het feit dat ik dus niet aan de spelletjes bij de zelfscan meedoe vind ik het ook veel gezelliger om bij de good old cassiere af te rekenen. Gewoon bij een mens. En ik ben ook nog zo oldschool dat ik graag met contanten betaal. En dat gaat nou eenmaal niet bij de zelfscan.

Eén van mijn favoriete Nederlandstalige liedjes is dan ook van de onvolprezen Gerrit Dekzeil:

‘’Iiiiiiik ben Gerrit en ik steel als de raaaaaven!
Ben een boef in de ogen der braaaaaaven.
Maaaaar wat moet je nou, als je niks hebt,
In deze weeeeeereld waar je steeds wordt genept.’’

En dan had Gerrit in zijn tijd nog niet eens het gemak van de zelfscan.

Lieve lezers! Mijn nieuwe boek ‘Lockdownsyndroom is uit! Columns over de lockdownperiode waarin veel deuren dichtgingen, maar er voor mij ook weer nieuwe deuren opengingen. Een boek over een periode waarin ik veel over mezelf heb geleerd. Humor en (zelf)reflectie vloeien naadloos in elkaar over. Ook een boekie kopen? Laat een reactie achter of stuur een bericht via Facebook of naar [email protected] . Quanta costa: 15 euro als we in Amsterdam afspreken, verzenden 19,50 euroVan elk boek gaat er een euro naar de Amsterdamse Voedselbank.

Rodweek 162 Jij mag zijn wie jij bent.

‘Ik ben wie ik ben en jij mag zijn wie jij bent.’ Een prima en niet onredelijk antwoord van de toen 14-jarige Frederique uit Amstelveen op de vraag van een jongeheer of Frederique een jongen of een meisje is. Frederique heeft dat antwoord met een paar rake klappen moeten bekopen. We leven dan weliswaar in een moderne tijd, maar het is verbijsterend om te zien aan hoeveel mensen de evolutie geruisloos voorbij lijkt te zijn gegaan, aangezien sommige mensen zich nog steeds als primaten gedragen. De zaak Frederique werd landelijk nieuws en afgelopen week was er dan een uitspraak. De dader werd veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf en het betalen van een schadevergoeding. Hij bood (al dan niet voor de bühne) zijn excuses aan, Frederique aanvaardde die en schudde zelfs nog de hand van de belager. Ik weet eerlijk gezegd niet of ik zo groot zou zijn, ik zou misschien wraaklustig zijn en iets naars zeggen of doen, maar Frederique was het wel. En de schadevergoeding wordt geschonken aan een goed doel, dus geld is niet waar het Frederique om te doen is. Frederique sprak de hoop uit dat de dader er van geleerd heeft. Die hele houding maakt dit kind nu al zo groot en tot iemand waar veel mensen veel van kunnen leren.

En er is nog een boel te leren voor veel mensen. Bij Ajax staat Kian Fitz-Jim op het punt van doorbreken. Een talentvolle middenvelder van negentien lentes jong die zich al een paar keer heeft mogen laten zien in het eerste elftal. Hij heeft een tenger postuur, zachte gelaatstrekken en draagt zijn lange haar in een staart. De voorspelbare flauwe grapjes over ‘sinds wanneer meisjes ook mee mogen doen in Ajax 1’ waren niet van de lucht. Op de tribune, in mijn voetbalkroegen en op zeker internet voelen alle toetsenbordhelden zich vrij om alles maar uit te braken. Allemaal van die schijtlollige foute ooms, zoals die in elke familie voorkomen, met grapjes die zo ver over de datum zijn dat zelfs een verlepte bos prei van de markt nog beter te pruimen is. Eikels die zelf het hardst om hun eigen treurige grappen lachen. En diezelfde mannen staan dan over twee jaar keihard te juichen als Kian de winnende scoort in de kampioenswedstrijd. Dan hebben ze het altijd al in hem gezien! En waar blijven dat soort zogenaamde alfamannetjes dan met hun ‘boomer-grapjes’ over voetballende meisjes? Fitz-Jim zelf reageerde trouwens mannelijker en Amsterdamser dan al die zogenaamde mannen bij elkaar: ‘Ik hoor dit soort dingen mijn hele leven al en het maakt me niet uit. Ik zie er uit zoals ik eruit zie. En als iemand dat stom vindt mag diegene het me in mijn gezicht zeggen. En dan zal ik antwoorden dat ik diegene kinderachtig vind.’ Dan ben je voor mij honderd keer meer een echte vent dan de foute ooms met hun grapjes waar een dikke laag stof op ligt.

Verder kwam de Tjechische international Jakub Jankto afgelopen week uit de kast. Dus geen onbekende voetballer uit de zesde divisie of zo, maar een gerespecteerde speler van een grote club in zijn land. Dat het uberhaupt nog nieuws moet zijn is al treurig genoeg, maar het zegt alles over de conservatieve machowereld van het voetbal. Het moet geen flikker uitmaken met wie die jongen het bed deelt en in wie hij een stukje van zichzelf kwijt kan. Iedereen mag zelf uitmaken wat er in zijn of haar slaapkamer gebeurt en hoe men de sponde laat knetteren. Dat deze jongen homo is moet niet eens nieuwswaardig zijn, naar die tijd moeten we toe. Dat zal nog een tijd duren vrees ik, maar deze Tjech baant hiermee wel een pad voor zijn collega’s, want natuurlijk zijn er ook in de voetbalwereld veel meer homo’s dan wij weten. En laat die homofoben op de tribune maar hun domme dingen roepen en er dan achter komen hoe achterlijk ze zijn. Het is 2023, geen 1923. En toen was het trouwens ook al achterlijk om mensen zo te veroordelen, maar laten we het er op houden dat zaken als religie (en vooral de interpretatie daarvan) en onbekendheid nog een veel grotere rol speelden in hoe mensen over dingen dachten. Achter onbekendheid kunnen we ons in deze tijd niet niet meer verschuilen. Dan is het dus gewoon simpele dommigheid of, en dat is misschien nog erger, want aan domheid kan je niet zoveel doen, pure lompheid. Aan lomp gedrag kan je werken.

Frederique, Kian en Jakub: jullie mogen zijn wie jullie zijn. Graag zelfs.

Lieve menson! Mijn nieuwe boek ‘Lockdownsyndroom is uit! Columns over de lockdownperiode waarin veel deuren dichtgingen, maar er voor mij ook weer nieuwe deuren opengingen. Een boek over een periode waarin ik veel over mezelf heb geleerd. Humor en (zelf)reflectie vloeien naadloos in elkaar over. Ook een boekie kopen? Laat een reactie achter of stuur een bericht via Facebook of [email protected] . Quanta costa: 15 euro als we in Amsterdam afspreken, verzenden 19,50 euroVan elk boek gaat er een euro naar de Amsterdamse Voedselbank.